Oefeningen met aquarel, deel 6

Het heeft even geduurd, maar ik ga weer verder met de oefeningen met aquarelverf. Bij de voorgaande oefeningen ben ik bezig geweest met het invullen van grote vlakken, het opbouwen van landschappen met grote penseelstreken. Nu begin ik met een fijnere werk.

Een nieuw onderdeel van het schilderen met aquarelverf, tekenen. Een voordeel voor mij hierbij is dat ik al veel aan het tekenen ben. Het leuke van het tekenen vind ik dat het een combinatie is van enerzijds allerlei regels die er zijn waarmee je rekening moet houden als je iets wilt tekenen met bijvoorbeeld perspectief, de technische kant, en anderzijds creativiteit. Ik ben nu ook bezig met het tekenen met fineliners en daarbij ben ik dan, vaak onbewust, bezig met het combineren van allerlei technieken. Vooral wanneer ik er les over geef, word ik mij dan weer bewust van, hartstikke leuk. De uitdaging bij het tekenen met verf is dat het gaat om een nieuw materiaal waar ik mee ga tekenen, waar eigenschappen bij horen waar ik rekening mee moet houden.

Beginnend met het trekken van een lijn. De eerste stap is het zogeheten laden van je penseel met verf. Net als bij eerdere oefeningen is het ook hierbij belangrijk om te zorgen voor een goede verhouding van verf en water. Je hebt voldoende water genoeg om het vloeibaar te maken, maar bij te veel water wat de kleur of heel doorzichtig, of het vloeit meteen uit en gaat de scherpte van de lijn verloren. Dit is dus vooral bij het trekken van fijne lijnen belangrijk. En net als bij pennen, hoe fijner het penseel, hoe fijner het lijntje wat je kan trekken met de verf.

Het leuke hierbij is ook dat je kan spelen met de dikte van de lijn. Door de druk op het penseel op te voeren kan je de lijn tijdens het tekenen van dun naar dik laten gaan. Dat kan je bijvoorbeeld gebruiken bij het tekenen van blaadjes, je begint met een mooi spits uiteinde en langzaam laat je de lijn steeds dikker worden en maak je een blaadje. Bij de oefening van vandaag heb ik op deze manier bij een bloem de bloemblaadjes getekend. Dit heb ik gedaan met een penseel nr. 6. Met een penseel nr. 3/0 heb ik met scherpe lijntjes er nerven in getekend en een beetje schaduw erin geprobeerd aan te brengen. Ik zal een keer in een blog over het tekenen met fineliners en inkt vertellen hoe je de suggestie van schaduw in je tekening kan aanbrengen.

Verder ben ik vooral bezig geweest met kijken hoe ik gecontroleerd allerlei vormen kon tekenen met de verf. Bij een volgende oefening ga ik een volledige tekening maken.

Waar ik naar ga zoeken in de winkel is acryl gouache om mee te gaan werken. Aquarel en gouache zijn allebei waterverf, waarbij gouache dekkend is. Dat betekent dat je witte gouache verf kan gebruiken om in aquarellen kleine correcties aan te brengen. Beide geven hele mooie effecten. Met water kan je de verf ook iedere keer weer ‘activeren’. Je kan daardoor altijd correcties aanbrengen. Nadeel is echter dat je niet kan werken met verschillende lagen. Als je een nieuwe laag aanbrengt, dan mengt dat met de laag eronder. Acryl gouache geeft hetzelfde visuele effect als waterverf, maar is watervast. Dat betekent dat je steeds een nieuwe laag kan aanbrengen op een schilderij zonder dat je de eerder aangebrachte verf weer ‘activeert’. Ik wil het in ieder geval een keer gaan uitproberen.

Tot de volgende keer!

Plaats een reactie